Renovatieproject de Warande: respect inspireert
Architects in Motion
Johan Geerts
Sepp Van Dun
Beelden
‘Niemand stapt twee keer in dezelfde rivier omdat het niet meer dezelfde rivier is en niet meer dezelfde persoon.’
Herakleitos (ca. 535 v.C. - ca. 475 v.C.)
Cultuurhuis (vroeger Kunstcentrum) de Warande in Turnhout is een icoon. Ontegensprekelijk en op vele vlakken. In 1972 geopend als één van de eerste culturele centra in Vlaanderen met tot gevolg dat nu, bijna een halve eeuw later, elke gemeente en deelgemeente in Vlaanderen een eigen cultureel- of ontmoetingscentrum in haar patrimonium heeft met als doel cultuur zo breed mogelijk te verspreiden. Maar ook het ontwerp (Schoeters, Wouters, Vanhout, Schellekens) en de quasi uitsluitend receptieve werking waren baanbrekend. In 2014 schreef het provinciebestuur van Antwerpen een ontwerpwedstrijd uit om het gebouw te moderniseren met als belangrijkste deelopdracht de renovatie van de eerste podiumzaal annex technieken. Architects in Motion (AIM) won de wedstrijd en kreeg de opdracht toegewezen. Het ontwerp van architecten Bart Janssens en Luc Vanhout predikte, uit respect en waardering voor het bestaande, ‘een ingetogen en bescheiden opstelling’.
Less is more… and much more
De officiële opdracht luidde: optimalisatie van de speelruimte door deze uit te breiden tot een oppervlakte van 14.00m x 14.00m (was het eerste en belangrijkste uitgangspunt), het verduurzamen van het gebouw, de renovatie van het interieur, het vernieuwen van de theatertechnische installaties, de aanpassing naar de hedendaagse brandnormen en de optimalisatie van de interne circulatie.
Deze multidisciplinaire opdracht vergde een ontwerpteam met diverse expertises waarbij de auteurs van de verschillende studies zich moesten kunnen vinden in het algemene idee om een zo onzichtbaar mogelijke ingreep in de bestaande context uit te voeren. Een op het eerste gezicht moeilijke taak mondde uit in een bijzonder samenspel van esthetiek en techniek.
Immers, dat uitgangspunt staat ook diametraal tegenover vroegere renovatie- en uitbreidingsprojecten die de Warande onderging. In 2005 tekende Macken & Macken een tweede podiumzaal (de Kuub) met een heel eigen, contrasterend ontwerp en ook de uitbreiding/renovatie van architect Achtergael uit 2012 stelde zich extrovert op zodat de introverte ziel van de oorspronkelijke Warande aangetast leek. Een (ver-)bindend element moest in deze architecturale chaos rust brengen en de oude glorie van het bestaande gebouw – zonder al te extra opdringerige en zichtbare ingrepen – doen herleven.
Van meet af aan besefte AIM dat dit project enkel kon slagen met een ervaren, origineel en goed team. Studiebureau Van hoorickx deed de stabiliteitsstudie. Studiebureaus gebouwentechnieken Deerns en Ingenium ontwierpen een revolutionaire HVAC-installatie waarmee ook de basismissie werd onderschreven. Maar bij hun zoektocht keken ze ook buiten de grenzen: het internationaal gerenommeerde Theateradvies Amsterdam werd geboeid door het historische verhaal van de Warande en werkte enthousiast mee. Voor de akoestische studie tekende LBP Sight uit Nieuwegein.
Architecturale uniformiteit
De moeilijkste en structureel grootste ingreep was de uitbreiding van de speeloppervlakte van 10 x 10 meter naar 14 x 14 meter. Deze aanpassing was noodzakelijk om de ambitie van de opdrachtgever om grotere producties uit te nodigen, mogelijk te maken. De achterzijde van het bestaande podium en enkele aanpalende ruimtes werden gesloopt en ondergebracht in een nieuw volume dat AIM aan de achterzijde van ‘de ton’ ontwierp. Het werd een volledig nieuw servicegebouw met infrastructuur voor de artiesten, de techniek en de logistiek. Om de architecturale uniformiteit van de site te bewaren, sluiten de betonnen sokkel en de glazen verdieping qua architectuur, materiaal en vorm respectievelijk aan bij de naastgelegen fuifzaal Futur en de daar achter gelokaliseerde Kuub. Daarnaast werden historisch functionele onzuiverheden – zoals de achter het podium voorziene danszaal, repetitieruimte, loges, verblijfsruimte, moeilijk te bereiken bergingen – uit het bestaande gebouw gehaald en logisch ondergebracht in de uitbreiding. Uit de voorstudie bleek bovendien dat de ligging van de bestaande loskade en de dienst- en artiesteningang niet meer voldeden aan de huidige theater- en circulatiebehoeftes. De nieuwe loskade met twee loading docks werd parallel aan de Wezenstraat en loodrecht op de Warandestraat ingeplant, maximaal rekening houdend met de waardevolle bomen van de voormalige gasthuissite. De ‘groene esplanade’, de verbreding van de Warandestraat ter hoogte van de Warande, is een herkennings- en groen rustpunt. Het groen begeleidt de bezoeker van de straat naar de hoofdinkom en vormt samen met het park rond het kasteel van de Hertogen van Brabant een groene aorta die de verschillende grotere verkeersassen met elkaar verbindt.
Eenheid/veelheid
Naast de loskade, tussen het bestaande en het nieuwe gebouw leiden, een helling en een trap je via de artiesten- en dienstingang binnen in het gebouw. Het onthaal voor de artiesten en de techniekers is warm georganiseerd en is persoonlijker en gezelliger dan de manier waarop andere cultuurcentra het publieksonthaal organiseren. Het idee om cultuur drempelloos tot bij de mensen te brengen, werkt bij de Warande zowel voor als achter de schermen. ‘Cultuur’ wordt hier niet alleen door de ogen van de ‘toeschouwers’ maar ook door deze van de ‘makers’ gezien.
In deze hoofdzakelijk betonnen tussenruimte voel je dat de filosofie van loskoppelen, bescheidenheid en quasi onzichtbaarheid op een bijna theatrale manier werkt. Aanvankelijk lijkt dit een contradictio in terminis. Toch voelt het zo aan. De architecten willen niet concurreren met het bestaande, ze veroorzaken geen spanningsveld. Met inventieve aanvullingen en goed doordachte ingrepen versterken ze het bestaande en halen ze het naar de voorgrond. Ze hanteren een architectuur met esthetische en historische maturiteit.
AIM’s keuze om het nieuwe gebouw met een glazen lichtstraat volledig los te koppelen van het tonvolume is eveneens een eerbetoon aan de oorspronkelijke brutalistische baksteenarchitectuur van de Warande. Op geen enkele manier gaan ze met elkaar in concurrentie. Integendeel. Als je tussen beide gebouwen staat en omhoog kijkt, zie je hoe de – overigens zorgvuldig gereinigde en opnieuw gevoegde – baksteengevel oprijst en een ‘eindige, bijna aardse’ massiviteit uitstraalt. Je vangt ook een glimp op van de nieuwe theatertoren. Ook hier weer die schijnbare tegenstelling, dat subtiele spel van textuur en materiaal. De goudkleurige, gegolfde gevelbekleding in staal van de theatertoren is alles behalve massief. Ze suggereert een rond de toren gedrapeerd gordijn dat naar het ijle reikt, een frivole kroon op het robuuste tonvolume.
Cantilevers
In de circulatiezone - die een oplossing biedt voor de gevraagde hertekening van de warrige bestaande circulatie - onder de lichtstraat, vallen de twee imposante betonnen kolommen op. Het speelveld van 14 x 14 m gebruikt de ruimte op het podium maximaal zodat de draagstructuur van de nieuwe, even grote, toneeltoren niet kon doorlopen tot op het gelijkvloers. AIM’s letterlijk en figuurlijk ingenieuze vondst bood de oplossing: het zware torenvolume wordt gedragen door twee cantilevers, rustend op de betonnen kolommen. Het nieuwe servicegebouw dient als tegengewicht. Het speelveld wordt zo gevrijwaard van storende structuurelementen. De uitbreiding van de toneeltoren en de montage van de nieuwe elementen in de bestaande schouwburg was een werk dat met chirurgische precisie werd uitgevoerd.
Naast circulatie bevinden zich in het servicegebouw kleedkamers, loges, ateliers, kantoren van de technici, magazijnen en goederenliften. Vanuit de artiestenfoyer boven de loskade heb je een prachtig zicht over de groene esplanade. De bomen geven bescherming tegen oververhitting in de zomer. Alles straalt eenvoud maar groot respect voor de artiest en de technici uit.Van de typische sombere catacombensfeer die vaak achter de schermen heerst, is hier geen sprake. Openheid, licht en ruimte zijn sleutelbegrippen. En dat mag letterlijk genomen worden. Via grote ramen in de achtergevel van het servicegebouw vloeit licht doorheen de doorgang op de loskade (gelijkvloers) en een raam in de artiestenlounge (eerste verdieping) tot op de scène. Vanop de scène heb je contact met de buitenwereld, vanop de straat zie je licht en beweging in het gebouw: een unieke transparantie die buiten naar binnen trekt en vice versa. Cultuur hoort niet thuis in een ivoren toren: er ontstaat een versmelting met het dagelijkse leven buiten.
De emotie van een avondje uit
Eens je de toneelvloer betreedt, imponeert de groot(s)heid van de theatertoren. De scèneopening werd vergroot tot breedbeeldformaat 16:9. Jardin en cour geven voldoende ruimte om met vaste of losse manteaus en portaalbruggen de gewenste lijsten en decors te maken. Via de dienstlift kom je op de technische verdiepingen van de toneeltoren. Een volledig nieuwe trekkenwand (technische hijsinstallatie) met 20 km staalkabel wordt geautomatiseerd via een computer en een indrukwekkende batterij lieren bestuurd. Boven de theatertoren, op de kabelvrije rollenzolder met roosters en klapvloeren wordt het pas duidelijk dat theatertechniek meer dan een vak apart is. Door de vloer heb je een hallucinant zicht op de speelvloer.
Voor de renovatie van het schouwburginterieur liet AIM zich inspireren door de aloude sfeer dat een avondje uit naar het theater oproept. Overdaad aan velours, wegzakken in een theaterzetel, je verbeelding op hol, verwondering,… Bij het iconische tapijtbedrijf Van Besouw lieten ze een speciaal vast tapijt maken met daarin een goudkleurige draad verwerkt. In de twee Salles de Pas Perdus, waar die theatersfeer je instant vastgrijpt, werden zowel de vloer, de trappen als delen van de wanden bekleed met het tapijt. De binnenzijde van de halfronde betonnen lichtvangers aan de buitenzijde van het gebouw, werden goudkleurig geschilderd zodat het licht dat binnenvalt gekleurd diffuus is. Het grote kunstwerk van Fred Bervoets maakt het magisch-realistische karakter compleet. Als bezoeker moet je doorheen de Salles des Pas Perdus om de zaal te bereiken alsof het een overgang betreft van de echte wereld naar de wereld van het theater, de dans, de muziek. Of andersom. Het zijn sassen waarin je de buitenwereld moet loslaten, waar externe invloeden worden afgeschud vooraleer dat ‘avondje uit’ in te stappen. Een overgangszone van harde materialen/ratio naar tactiele materialen/emotie.
Hetzelfde tapijt vinden we terug in de schouwburgzaal. De comfortabele stoelen zijn bekleed met een iets donkerdere bruine stof. De wanden zijn in een grijsbruine tint geschilderd.
Diffuus ventileren
In de kelderverdieping bevinden zich naast extra ateliers en bergingen ook de technische ruimtes voor verwarming en ventilatie. En ook hier hetzelfde basisidee: de uitstraling van het oorspronkelijke gebouw moet zoveel mogelijk hersteld en/of behouden worden. Dat stelde de ingenieurs technieken voor geen eenvoudige opdracht, die ze door gebruik te maken van een revolutionaire en hoogtechnologische installatie tot een goed einde brachten: de technische ruimte in de kelder, die vol met ventilatie- en verwarmingskanalen gepropt zit, staat in schril contrast met de schijnbaar volledige afwezigheid van technieken in het bovengrondse gebouw. Nergens zie je storende HVAC-elementen. Dit konden de ingenieurs bereiken door gebruik te maken van het BAopt/Climotion softwaresysteem.Heel kort-door-de-bocht werkt het systeem op het nauwkeurig meten van alle relevante waarden in een ruimte om vervolgens die informatie te gebruiken en te werken met de juiste luchtdruk. Door deze diffuse ventilatie ontstaat een homogene opbouw van de lucht in de ruimte en zijn geen hoge luchtsnelheden (worp) nodig, met een tochtvrij klimaat tot gevolg.Bovendien is het een bijzonder energiebesparend systeem: alle energie komt perfect op de juiste plek in de ruimte terecht.
Respect
Voor Architects in Motion was deze opdracht een uitdaging en een opportuniteit tegelijkertijd. Respect was hierbij het sleutelbegrip. Een veelzeggend maar gelaagd begrip dat zijn etymologische oorsprong in het Latijn vindt: ‘respicere’ wat terugkijken, omkijken betekent.
Uit respect voor het gebouw nam AIM een bescheiden, bijna onzichtbare houding aan bij de renovatie en uitbreiding van de Warande, het iconische theatergebouw dat een groot deel uitmaakt van de recente culturele geschiedenis van Turnhout. Anders dan vroegere renovaties of uitbreidingen met andere architectenbureaus als auteur, wou AIM niet contrasteren maar integreren. Niet choqueren maar consolideren. In die opzet zijn ze met glans geslaagd. Het resultaat is een perfecte mix van hedendaagse architectuur en technieken om de schoonheid van het bestaande te vrijwaren en te versterken. Terugkijken door naar de toekomst te kijken.
En daarvoor kan je enkel respect hebben.
Onze website gebruikt cookies om uw ervaring te verbeteren en onze dienstverlening te optimaliseren. Lees ook de Privacy & Policy