Een woonzorgcentrum met de blik naar buiten

Oprdrachtgever

WCZ Witte Meren

Algemene aanneming
Stabiliteit
Technieken
EPB-verslaggeving
Veiligheidscoördinatie
Tekst

Johan Geerts

Beelden

17 Feb 2023

Architecture is an art when one consciously or unconsciously creates aesthetic emotion in the atmosphere and when this environment produces well being.

Luis Barragán, Mexicaans architect, 1902 -1988

Architectuur is kunst. Een architect modelleert met ruimte. Tegelijkertijd heeft architectuur een duidelijk maatschappelijk doel en verwacht men van architectuur en die architect dat er leef-, werk- en ontspanningsruimtes gecreëerd worden waarbinnen de bewoners en/of de gebruikers zich comfortabel en goed voelen. Omdat op dat moment de architectuur als kunst ook een gebruiksvoorwerp wordt, ontstaat tussen deze verschillende ‘opdrachten’ waaraan de architectuur een oplossing moet bieden, vaak een spanningsveld omdat niet alle desiderata van het ontwerp gedeeltelijk of volledig gerealiseerd kunnen worden. De ontwerper moet door de complexiteit van zijn opdracht, keuzes maken waardoor het eindresultaat een gebouwd compromis kan worden. 

Met Woonzorgcentrum Witte Meren in Mol werd Fréderic Wattecamps van Architects in Motion met zo’n complexe opdracht geconfronteerd en bewees hij het tegenovergestelde. Enerzijds betrof het een hernieuwbouw en bevond het te slopen bestaande gebouw zich in het centrum van Mol, wat de logistiek enorm bemoeilijkte. Anderzijds was er geen andere locatie om de residenten in onder te brengen tijdens de werken en moest er in fasen gewerkt worden. Verder wordt ook het nieuwe gebouw tegen een bestaande wachtgevel gebouwd zodat oplossingen dienden gevonden te worden voor de relatie open/gesloten en het creëren van beperkte buitenruimte. Door een verregaande voorafgaandelijke studie en een team waarbinnen ervaring en nieuwe visies op bestaande thema’s gecombineerd worden, werd project Witte Meren allesbehalve een compromis.

De site bevindt zich in de kleinstedelijke omgeving van het centrum van Mol en wordt omsloten door de Jakob Smitslaan, de Doornboomstraat en de Collegestraat. Op een van de perceelgrenzen staat de blinde gevel van de St.-Lutgardisschool. Het bestaande rusthuis werd gebouwd in de laatste twee decennia van de vorige eeuw en telde 150 bedden maar voldeed niet meer aan de huidige comfort- en zorgeisen. Het nieuwe gebouw telt 120 kamers en een centrum voor dagverzorging voor 30 personen waarvan de bouw werd gespreid over 4 fasen van elk ongeveer 1 jaar. Deze fasering was onderdeel van het wedstrijdvoorstel dat Architects in Motion had ingediend en vormde een extra motivatie om de opdracht aan AIM toe te wijzen. In de eerste fase werden enkele leef- en functionele ruimtes van het bestaande gebouw en een viertal woningen op de hoek van de Jakob Smitslaan en de Collegestraat gesloopt om de eerste nieuwe vleugel te realiseren.

Daarna kwam het gebouw op de hoek van de Doornboomstraat en de Jakob Smitslaan aan de beurt om ten slotte in de derde en vierde fase de volledige bestaande toestand te slopen en de nieuwbouw te realiseren. 

Een andere grote uitdaging was een continuïteit garanderen van het centrum voor dagverzorging. Dit centrum is een van de paradepaardjes van Witte Meren en bezit een zeer uitgebreide ergo/kiné ruimte. Het was een vereiste dat ook dit deel van het zorgcentrum actief kon blijven tijdens de werken. Het centrum voor dagverzorging is gelegen op de eerste verdieping van de nieuwbouw, terwijl de ergoruimte een plaats vond op de tweede verdieping. De bouw en werking van dit centrum betekende een budgettaire uitdaging maar heeft een belangrijke waarde binnen de filosofie van Witte Meren.  

Een ander aandachtspunt bij de transitie van het oude naar het nieuwe gebouw waren de keukens. Zo werd bijvoorbeeld tijdens de tweede fase een afdelingskeuken gebouwd die tijdelijk gekoppeld werd met de eetruimte van fase 1. De fasering zorgde ook voor administratieve extra’s: elke fase moest afzonderlijk voor gebruik opgeleverd worden. 

Naast de organisatorische en administratieve bekommernissen door de fasering, vroeg de ligging in het centrum van Mol met de drie aangrenzende straten en de wachtgevel extra logistieke spitsvondigheid. Vooral tijdens de laatste fase was het puzzelen met de beschikbare ruimte om de werfinrichting en de leveringen van bouwmaterialen te organiseren. Zo stond bijvoorbeeld de bouwkraan tijdens deze fase in het gebouw.

Energetisch werd het gebouw ontworpen en gebouwd volgens de laatste VIPA-normen. De site noopte de architecten om zuinig met de ruimte om te gaan, toch is er nog extra aandacht besteed aan de compactheid en werden de verschillende patio’s zorgvuldig ingepland om het daglicht en de zontoetreding te maximaliseren. Ook werd met de keuze van de materialen bewust gezorgd voor voldoende massa om een hoge thermische inertie te verkrijgen en mechanische klimatisatie te beperken. De verwarmingsinstallatie is erop voorzien om later te kunnen aansluiten op het experimentele geothermische warmtenet dat nog in ontwikkeling is. Op de daken worden zonnepanelen voorzien.

De hoofdingang van het complex situeert zich in de Collegestraat met uitzicht op het Boulevardpark. Meteen kom je in een ruime en cosy lounge waar de ontvangst plaatsvindt. De opdrachtgever wou de sfeer oproepen van een hotellounge om de knusse huiselijkheid van het centrum te benadrukken vanaf het moment dat men het gebouw betreedt. Rechts naast deze lounge bevindt zich de cafetaria met indrukwekkend uitzicht op het Boulevardpark en dat in de grote patio een extra groene toets ervaart. De cafetaria heeft een terras in de Collegestraat, daar waar later de nieuwe straat verhoogd zal worden en verkeersluw wordt. Enkel Kiss&Ride-verkeer zal worden toegestaan. 

De patio ordent in deze gebouwzone alle functies. Aan de andere zijde van de patio werd de dagzaal ontworpen die op die manier perfect gelegen is op de grote groene as die de binnentuin en de patio creëert. Verspreid over deze bouwlaag vindt men nog drie kleinere verblijfsruimtes, opgesteld telkens op plaatsen waar er contact met ‘buiten’ is. De binnentuin aan de zijde van de Jakob Smitslaan ‘opent’ zich naar de ‘Boulevard’. Deze open ruimte snijdt het gebouw over alle verdiepingen open en voorziet de afdelingen van daglicht. Opvallend is ook dat elke gang ontworpen is als een zichtas naar de buitenomgeving. Ondanks de compactheid van het gebouw, eindigt elke gang op daglicht en zijn er altijd kruisingen met andere gangen om d.m.v. zichtassen een open perspectief te realiseren.

Alle liften en trappen geven toegang tot de kelderverdieping waar zich 40 parkeerplaatsen, bergingen en technische ruimtes bevinden. De inrit is gelegen naast de blinde wachtgevel en ontsluit zich via de Doornboomstraat.   

Vanaf de eerste verdieping opent het gebouw zich nog meer: op de inkomzone en de zone naast de toegang in de Jakob Smitslaan zorgen groendaken voor nog meer ruimtelijk gevoel en natuur die in het gebouw worden binnengetrokken. Boven de inrit van de ondergrondse parkeergarage trekt het gebouw zich ook weg van de bestaande wachtgevel om meer open ruimte te creëren. 

Het centrum voor dagverzorging wordt gescheiden van de rest door een brede gang die op het zuidwesten georiënteerd is, waarin groen, daglicht en uitzicht de belangrijkste ingrediënten zijn. De toegang tot de eerste en tweede verdieping via de bezoekerslift baadt daardoor in het licht. Vanop straat heb je – ondanks de compactheid van het gebouw – nooit en nergens het gevoel van een log volume. Een slimme vondst!

De wandelgangen zijn bewust volledig beglaasd om een open zicht te verkrijgen.

Op de tweede verdieping bevindt zich de uitgebreide ergo/kiné ruimte. Ze is boven het dagcentrum, heel centraal in het gebouw, gelegen. Ook hier vallen de zichtassen, de aanwezigheid van daglicht en zicht op groen op! Deze locatie is zeer zorgvuldig bepaald in het kader van de filosofie van het centrum: het zicht op de patio, de binnentuin en het park bevordert tijdens de vele activiteiten het welzijn van de bewoners.

Op de derde verdieping bevindt zich de afdeling voor de dementerende bewoners. Op het platte dak boven de fysio wordt een dwaaltuin voorzien. De doorsteek boven de inkomzone vervalt enerzijds om het gebouw richting Boulevardpark nog meer transparantie te bieden en anderzijds om de veiligheid en controle op deze verdieping te verhogen. De volledige afdeling wordt ontsloten via 1 deur. 

Het interieur en exterieur van het woonzorgcentrum zijn heel sober maar krachtig vormgegeven. Het gebruik van wit als hoofdkleur in het interieur zorgt voor een diep rustgevend effect en trekt de aandacht vooral naar de zichtassen en het groen in en rond het gebouw. Het rood/bruin genuanceerde verlijmde gevelmetselwerk wordt in sommige ruimtes van het gebouw doorgetrokken. De witte kleur van het interieur vinden we dan weer terug in de gevelbekleding van enkele geaccentueerde volumes. In de gevel vinden we een mooi afwisselend schaduwspel van het buitenschrijnwerk: sommige ramen zijn voorzien van een t.o.v. het parament uitstekend donkergrijs aluminium kader. De variatie aan gevelmaterialen en -kleuren zorgt ervoor dat het ‘grote’ gebouw zich beter inpast in het straatbeeld. Andere ramen hebben dan weer een ‘speelse’ bruinoranje kleur. Het materiaal hout vinden we ook terug in de balie van de ontvangstlounge en ook in de kamers. Elke kamer heeft twee ramen waarvan er een voorzien is van zonwering. Dit is een bewuste keuze zodat het contact met de omgeving, met de buitenwereld, nooit volledig afgesloten kan worden.

Project Witte Meren in Mol was een complexe opdracht met veel en diverse uitdagingen. Een compromisoplossing loert in zulke situaties altijd om de hoek. Echter, door aan grondig voorafgaandelijk onderzoek naar de mogelijkheden te doen en de moeilijkste pistes niet te ontwijken, de ervaring en de horizontale werking van het kantoor, wordt het compromis ontweken en vervangen door een op alle vlakken kwalitatief en interessant ontwerp. Op zo’n beperkte ruimte een woonzorgcentrum voor 120 residenten en tal van mensen in dagverblijf te ontwerpen getuigt van inzicht in de materie en de wil om van architectuur een gelaagde kunst te maken met slechts een doel: een welbehagen creëren voor de gebruikers.


Delen op:



ADRESSEN

Parklaan 146

2300 Turnhout

België

Louis Pasteurstraat 21

3920 Lommel

België

CONTACT

Heb je vragen? Neem gerust contact op via onderstaande gegevens:

+32 (0) 14 41 32 32

info@architectsinmotion.be

NIEUWSBRIEF

Blijf up to date.


Onze website gebruikt cookies om uw ervaring te verbeteren en onze dienstverlening te optimaliseren. Lees ook de Privacy & Policy